-
Ken jij deze zwemslagen?
Wat is borstcrawl? Ken jij schoolslag? En rugslag?
Zoek bij elk woord de juiste afbeelding.
Interactieve oefeningLeerkracht, GOK- of zorgcoördinator, ondersteuner -
Woordpakket 15 - Tijd voor Taal accent 5
Met deze oefening oefen je de woorden uit woordpakket 15 van de methode Tijd voor Taal accent 5.
Je oefent o.a. de spelling van woorden op -heid en woorden waarbij je ie hoort maar i schrijft.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Woorden die eindigen op -lijk of -ig
Je oefent rond woorden die eindigen op -lijk of -ig. Verbind de woorden die samen horen, sleep de woorden naar de juiste zin en tik de woorden in die je hoort.
Interactieve oefeningLeerkracht -
De stam van een werkwoord - Tijd voor Taal accent 5
Verbind de stam met de juiste infinitief. In de laatste oefenreeks noteer je naast elke infinitief de stam.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Woordpakket 11 - Tijd voor Taal accent 5
Met deze oefening oefen je de woorden uit woordpakket 11 van de methode Tijd voor Taal accent 5.
Vul de ontbrekende woorden in in de zinnen, combineer twee woorden die samen een samenstelling vormen en maak goede zinnen door de woordstukjes te …
Interactieve oefeningLeerkracht -
Woordpakket 13 - Tijd voor Taal accent 5
Met deze oefening oefen je de woorden uit woordpakket 13 van de methode Tijd voor Taal accent 5.
Verbeter fouten in zinnen, maak goede vraagzinnen, vul woorden aan met -heid of -tie en verbind woorden die samen een samenstelling vormen.
Interactieve oefeningLeerkracht -
Woordpakket 28 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op het verenkelen en verdubbelen aan de hand van enkele flitskaarten. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit geschreven en vind je ook steeds …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Woordpakket 27 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op woorden met de tweeklanken ei of ij. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit geschreven en vind je ook steeds een afbeelding.
Deze woorden …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Woordpakket 26 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op woorden met -nk en -ng. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit geschreven en vind je ook steeds een afbeelding.
Deze woorden zijn …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Woordpakket 25 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op woorden die eindigen op een d of t. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit geschreven en vind je ook steeds een afbeelding.
Deze woorden horen …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Woordpakket 24 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op het verenkelen en verdubbelen aan de hand van enkele woorden die je op de flitskaarten vindt. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator -
Woordpakket 23 - Tijd voor Taal accent 3
Je oefent op woorden met de tweeklanken ij en ou. Je kan de woorden op meerdere manieren inoefenen, zoals flitsen of typen. Aan de voorzijde van de flitskaart staat het woord languit geschreven en vind je ook steeds een afbeelding.
Deze woorden …
Interactieve oefeningLeerkracht, ICT-coördinator