-
Wat doe je elke dag: Presens en inversie
Wat doe je elke dag? Oefening op het presens (OTT) en inversie.
Deze oefening kan je gebruiken om de woordenschat van dagelijkse activiteiten in te oefenen en ook de inversie te oefenen.
Interactieve oefening (5)Leerkracht -
Ziek zijn: Woordenschat oefenen
Deze lijst kan je gebruiken bij de (alfa)NT2-cursisten om ziek zijn en naar de dokter te bespreken.
- Wat zie je?
- Wat is het probleem?
- Ga je naar de dokter, wat zeg je dan?
- Ga je naar de apotheek, wat vraag je dan?
Interactieve oefening (21)Leerkracht -
Niet en geen: Ontkennende zinnen maken
Een oefening op het gebruik van niet en geen. Je maakt van de aangeboden zinnen ontkennende zinnen. Het correcte antwoord staat op de achterkant van de kaart.
Interactieve oefening (8)Leerkracht -
Oefenen met a en aa
Maak oefeningen woorden met a of aa.
Interactieve oefening (8)Leerkracht -
Oefenen met i en ie
Maak deze Quizlet over woorden met i of ie.
Interactieve oefening (7)Leerkracht -
Kleurenleer voor kappers: Oefeningen
Je oefent met deze Quizletset op verschillende haarkleuren, toonhoogtes, weerschijn en de ster van Oswald.
Interactieve oefening (5)Directie -
Oefenen met ui
Maak deze Quizlet over de tweeklank ui.
Interactieve oefening (7)Leerkracht -
Hoofdsteden van Europa: Memorisatie
Hoofdsteden van alle landen van Europa zoeken en inoefenen.
Interactieve oefening (6)Leerkracht -
Groenten: Woordenschatoefening
Met deze flashkaarten en oefensets met afbeeldingen en benamingen oefen je de meest voorkomende groenten in België.
Interactieve oefening (4)Leerkracht, ICT-coördinator -
Groenten: Woordenschat
Maak deze oefening met twintig soorten groenten in het Nederlands met foto's erbij.
Interactieve oefening (6)GOK- of zorgcoördinator, ondersteuner -
Woorden op -aai, -ooi en -oei: Oefeningen
Dit is een oefening met twintig woorden op -aai, -ooi en -oei.
Interactieve oefeningGOK- of zorgcoördinator, ondersteuner -
Werkwoorden met scheidbaar partikel: Oefening bij animatie
Interactieve oefening bij een animatie over het gebruik van werkwoorden met een scheidbaar partikel.
Interactieve oefening (9)Leerkracht